Adela van Hamaland en Balderik gaan wonen op de motte Montferland

Adela is bekend geworden door haar strijd om de macht in Hamaland. Haar vader begiftigde het op de Elterberg gelegen en door hem gestichte ‘jufferenstift’, de vrouwenabdij Elten, met een groot deel van het familiegoed. Vervolgens stelde hij zijn dochter Liutgard als eerste abdis aan. In 973 stelde de keizer het stift op verzoek van Wichman en Liutgard juridisch gelijk met de rijksstiften te Quedlinburg, Essen en Gandersheim. Zo kwam het direct onder bescherming van de keizer. Bovendien verkreeg Elten immuniteit, die het onttrok aan de rechtspraak van de graven en het beschermde tegen lokale potentaten. Op deze manier werd het behoud van het bezit gewaarborgd. Na de dood van vader Wichman (vermoedelijk kort na 973) schonk Liutgard haar gehele erfdeel aan het stift.

Over deze erfenis ontstond een strijd tussen Liutgard en Adela. Twee van Liutgards vazallen, Balderik en Godizo, legden een burcht van Adela in de as, volgens Alpertus van Metz (11de eeuw) ‘vanwege het vele onrecht dat Adela haar zuster, vrouwe Liutgard, steeds aandeed’. Toen Liutgard omstreeks 995 gestorven was en Adela, aldus Alpertus, ‘als een furie’ de strijd om Elten begon, kwam het vrij snel tot een huwelijk tussen haar en bovengenoemde Balderik. Deze liet hiermee een fraai staaltje opportunisme zien: aanvankelijk was hij vazal van de ene zus, na haar dood echtgenoot van de andere.

Nog voordat Adela met Balderik trouwde, had zij zich volgens Alpertus van Metz al meester gemaakt van het erfdeel dat Liutgard aan het stift had geschonken. Op bevel van keizer Otto II moest ze echter weer afstand doen van die goederen. Haar huwelijk met Balderik was duidelijk bedoeld om haar verloren erfdeel terug te krijgen. Vrijwel direct na zijn jawoord bezette Balderik de Elterberg, waarna Otto III tussenbeide kwam. Hij stelde een regeling voor om de geschillen op te lossen: een boedelscheiding tussen Elten enerzijds en Balderik en Adela anderzijds.

In 996 kwam het inderdaad tot de verdeling van een groot aantal landgoederen. Er wordt gezegd dat het echtpaar de strijd daarna staakte. Dit is echter niet het geval. Direct na de dood van Otto III bezetten Balderik en Adela opnieuw Elten (en moesten zij dit op bevel van de nieuwe keizer Hendrik II weer verlaten). Later blijkt Balderik op te treden als graaf in Hamaland en op de Veluwe. Zijn huwelijk met Adela was daarvoor een absolute maar uiteindelijk toch geen doorslaggevende voorwaarde. In ieder geval heerste het paar over een inmiddels uitgestrekt gebied. In de Vita Meinwerci staat misprijzend beschreven hoe Adela en Balderik, staand op een versterking nabij Renkum, ‘verlekkerd uitkijken over hun bezittingen en zich verkneukelen over hun rijkdommen’.

In het vervolg van de machtsstrijd in Hamaland kwam het tot de moord op de belangrijkste rivaal van Balderik, Wichman van Vreden. Adela kreeg daarvan de schuld. Zij werd gezien als aanstichtster, terwijl Balderik voor de dader werd gehouden. De bondgenoten van Wichman belegerden de burcht Uplade bij Elten, waaruit Balderik inmiddels was gevlucht maar waar Adela was achtergebleven. De belegerden waren in het nadeel door hun geringe aantal, en hadden volgens Alpertus van Metz ‘zelfs vrouwen met helmen op het hoofd, op de muur opgesteld; zo deden ze het voorkomen alsof die ook strijders waren, in de hoop dat de vijanden bij het zien van het schijnbare aantal gewapenden zouden wanhopen aan de mogelijkheid de vesting in te nemen’. Toen de belegerden zich ten slotte overgaven, kreeg Adela met al haar have en goed een vrije aftocht. De burcht werd in brand gestoken.

Munt van Adela

Hamaland

Graaf Wichman van Hameland sticht in zijn burcht op de Eltenberg het Sint-Vitusstift en stelt zijn dochter Luitgardis aan tot eerste abdis. Keizer Otto I schenkt de door graaf Wichman gebouwde stiftskerk op Eltenberg de rijksgoederen, waarmee deze beleend was.03) Twee jaar later, in 970, bekrachtigt keizer Otto I de overdracht van graaf Wichmans vaderlijke erfgoederen die hij aan de stiftskerk van Elten heeft geschonken.

Eerste romaanse St.Vituskerk
Het gebied van Hamaland
Kleding adel in de tijd van Wichman
De burcht van Wichman op Hoog-Elten
Tekst van Alpertus van Metz De diversitate temporum (gebeurtenissen van onze tijd)
Deel deze pagina