Woord van de Maond november 2021: poekele
Geplaatst op donderdag 28 oktober 2021 om 21:47
Mensen vragen me wel eens of het niet zwaar pokkelen is om elke maand een Woord van de Maond te schrijven. De ‘Dikke’ Van Dale noemt ‘pokkelen’ in combinatie met het ‘gewestelijke’ woord ‘poekelen’. Ze hebben de betekenis van ‘zwoegen’. Ons woordenboek ‘n Trop Barghse Weurd noemt ‘pókkele’ en ‘poekele’ in diezelfde betekenis. Misschien is ‘zich afbeulen’ een nog treffender vertaling. (Voor de niet-dialectspreker is ‘pókkele’ vanwege de bijzondere, iets donkere uitspraak van de ó-klank nog wel even pokkelen!)
Of het zwaar pokkelen is, dat Woord van de Maond? Het is vooral elke maand weer een moeilijke keuze. Welk woord verdient het om belicht te worden? Verzoeknummers van lezers zijn dan erg welkom!
Ons Woord van de Maond lijkt tegenwoordig eerder een vergeetwoord. Wie immers moet nog “Had poekele um an de kos te komme", zoals ’t Berghse woordenboek schrijft? De beelden van gekromde ruggen die men er vroeger bij had, zullen tegenwoordig niet meer zo voor ogen staan. Maar pokkelen blijft het, ook in de 21e eeuw.
Het woord ‘pokkelen’ wordt in alle windstreken van Nederland en logischerwijze ook in het aangrenzende Nederduitse gebied gevonden. In De Gelderlander stond vorig jaar een bericht over de herbouw van een afgebrande winkel. ,,Het was pokkelen”, zei de eigenaar van de kledingzaak. ,,Maar het is gelukt.”
Het woord herinnert aan de bijbelse uitdrukking dat de mens in het zweet zijns aanschijns brood zal eten (Genesis 3:19a). Hard werken vraagt wat van je lichaam. Pokkelen is dan ook een woord dat alles met het lichaam te maken heeft. De woorden ‘bochel’ en ‘pukkel’ zijn ermee verbonden. Maar ook ‘buik’, ‘bult’, ‘buil’ en ‘bo(o)tsen’. De wortel ervan ligt bij het oude (indogermaanse) ‘bu-‘ dat ‘opgeblazen, opgezwollen’ uitdrukt. Het is niet moeilijk te bedenken dat het hier om een klanknabootsing gaat. Het Latijnse ‘bucca’ bijvoorbeeld betekent ‘wang’, later ook ‘mond’.
Er valt heel wat te vertellen over ‘pokkele’. De variant met een ‘oe’ herinnert direct aan het Duitse ‘Buckel’ en dan schiet ons de uitdrukking “Du kannst mir den Buckel herunterrutschen” te binnen. Die staat in ons woordenboek ‘n Trop Barghse Weurd ook vermeld: "Gi-j kont mien de pókkel afroetse". En nog mooier, want iets prettiger: Mogelijk is er ook een verband met het woord ‘bier’. Dat is immers ook opschuimend, dus vol blaasjes … bochels.
Poeh, dat was ‘m weer, het Woord van de Maond!
Tekst: Antoon Berentsen