Nr. 98 Old Ni-js Nr. 98
Geplaatst op donderdag 23 november 2017 om 13:01
[Verspreiding: 2de en 3de week december 2017]
Beste heemkundevrienden,
Onze Heemkundekring Bergh mag zich de laatste jaren verheugen in een behoorlijk snel groeiend aantal nieuwe leden. Kennelijk zien steeds meer mensen in dat de geschiedenis van onze mooie regio veel interessante aspecten biedt. En men ziet kennelijk ook in dat het waardevol is om de kennis van het oude Land van Bergh te verzamelen, te ordenen en te bewaren voor het nageslacht. En om erover te publiceren, zoals in ons lijfblad dat u momenteel in handen hebt.
Daarnaast wordt momenteel een aantal oude bijzondere panden van het verval gered door mensen of instanties met liefde voor de streek. Denk hierbij aan Düffels Möll in Stokkum, Hotel Heitkamp, het Ni-je Raadthuijs en de molen in ’s-Heerenberg. Als voorzitter van de HKB ben ik bovendien verheugd dat ik u de oprichting van twee nieuwe werkgroepen binnen onze vereniging mag voorstellen: de Genealogiegroep en de Militaire Historiegroep.
De eerstgenoemde heeft zich als doel gesteld om de genealogische geschiedenis van Bergh, tot zo ver terug als dat mogelijk is, letterlijk in kaart te brengen. Dat klinkt als een heel ambitieus plan en dat is het ook. Maar als we kijken naar de vele reeds uitgezochte stambomen van Berghse families, dan is het vooral ook een kwestie van bijeen brengen van kennis die er al bestaat. Mochten uw voorouders uit het Berghse stammen en u beschikt over een stamboom van uw familie, dan zouden wij dat uiteraard graag van u vernemen.
De Militaire Historiegroep heeft zich vooral eerst tot doel gesteld om met behulp van geallieerde luchtfoto’s, militaire stafkaarten en persoonlijke herinneringen van oudere Berghenaren een zo compleet beeld te scheppen van de uitgebreide Duitse pogingen dit gebied tegen een geallieerde aanval te verdedigen. Een aantal luchtfoto’s, recent gevonden op de zolder van een oude schuur in Stokkum, zijn met uitleg in deze Old Ni-js afgedrukt. Veel leesplezier.
Edwin Zweers
Ollie veurzitter
Herinneringen aan de Graafschapbode (pag.4)
Vanaf 1975 maakte ik deel uit van de redactie van het Achterhoekse dagblad De Graafschapbode. Een krant met een rijke voorhistorie. Uit die prachtige tijd wil ik u
hier het een en ander vertellen.
We gaan zo’n vier decennia terug.De Graafschapbode had bij uitgeverij Misset een vrij zelfstandige status. Van viermaal per week verschijnend streekblad had het in maart 1967 met succes de stap naar dagblad gemaakt voor een werkgebied, lopend van Neede en Gorssel tot Pannerden, van Westervoort tot Winterswijk. Dat de mensen trots waren op hun krant staken ze niet onder stoelen of banken. Maar er zouden snel veranderingen komen die, achteraf bezien, toen al het lot van dit zelfstandige dagblad zouden bezegelen.
HENK HARMSEN
Luchtfoto’s gevonden op een Stokkumse hooizolder (pag.12)
Afgelopen winter kreeg ik een telefoontje van de familie Wittenhorst, wonende op de boerderij aan het einde van de Voorthuizerweg in Stokkum. Er was op de kleine koeienstal een nieuw dak aangebracht en bij het opruimen van de zolder van deze stal was een heel pakket originele luchtfoto’s van de RAF te voorschijn gekomen. Foto’s die bij de bevrijding van Stokkum daar waarschijnlijk door Canadese militairen zijn achtergelaten, wellicht omdat boer Bernard Wittenhorst er interesse in toonde. De familie dacht dat ik er wel belangstelling voor zou hebben. En dat was inderdaad meer dan waar. Het heeft me enige tijd gekost om al deze foto’s, meer dan 200, te ordenen naar datum en vluchtnummer. Maar uiteindelijk kreeg ik het voor elkaar om de meeste als stroken achter elkaar gelegd te krijgen. Er ontvouwde zich zo een interessant beeld van de Duitse verdediging in deze regio gedurende de laatste maanden van de oorlog.
EDWIN ZWEERS
Langs Berghse havezaten III (pag.17)
We kwamen in de vorige aflevering van ‘äöver de gäöt’ naar de Boetselaersborg en vervolgen nu onze tocht in het Land van Bergh oostwaarts, waar het oude graafschap Bergh verdere bezittingen telde die tegenwoordig nog maar ten dele op de kaart staan. Onderweg wordt echter steeds onduidelijker waar we nu wel of niet van een havezate moeten spreken. De geschiedenis, vooral de vroege, is een gatenkaas, waarbij volgens hoogleraar Middeleeuwse letterkunde Frits van Oostrom de gaten groter zijn dan de kaas. Hebben we voldoende gegevens om van een ‘adelyck getimmer’ te spreken en zijn er überhaupt bronnen die aantonen dat een bepaalde locatie de status van havezate gekregen had? Het is, zo blijkt uit de volgende bezoekjes, niet steeds helder. Bovendien: behalve de Kemenade in Wijnbergen stond in 1750 geen enkele Berghs goed op de lijst van erkende havezaten in het graafschap Zutphen. Bergh had zijn eigen beleid!
ANTOON BERENTSEN
Tekst: Redactie Old Ni-js en Robert Bennink